Vergroot beeldmateriaal
Oirschot viert een heel jaar feest
Het jaar 1980 wordt in Oirschot tot jubeljaar uitgeroepen. Oirschot is dan 1.500 jaar jong en het is ruim 500 jaar geleden dat de monumentale Sint-Petruskerk door brand werd verwoest en met de herbouw werd gestart. Dit kan niet ongemerkt voorbijgaan en besloten wordt een heel jaar lang feest te vieren. De vele festiviteiten worden door een coördinerend comitégestroomlijnd. Als een van de vele organisaties die activiteiten organiseren besluiten de vier gezamenlijke schuttersgilden op 20 november 1978 een landjuweel te organiseren. Al een week later wordt de datum vastgesteld op 24 augustus 1980.
In 1951 en 1963 waren er al landjuwelen in Oirschot. Dit moet het elfde landjuweel in Noord-Brabant worden en het elfde gildefeest in Oirschot in de twintigste eeuw. Een landjuweel is oorspronkelijk een cyclus van zeven wedstrijden onder schuttersgilden in Brabant, die om de drie jaar werden gehouden. De winnaar van een wedstrijd moest het volgende landjuweel organiseren en die van het zevende landjuweel opende een nieuwe cyclus. De winnaar van een landjuweel kreeg een zilveren schaal (het juweel) met een bepaalde diameter. In de vijftiende en zestiende eeuw zijn de landjuwelen geëvolueerd tot wedstrijden van rederijkerskamers.
Ook nu nog stelt de Noord-Brabantse Federatie van Schuttersgilden hoge eisen om het predicaat landjuweel te mogen voeren. Zo moet er sprake zijn van een aansprekend jubileum of herdenking. Het landjuweel moet niet alleen bestaan uit een groots gildefeest, maar dient tevens in het teken te staan van een aantal culturele activiteiten.
De gilden gaan voortvarend tewerk. Tijdens een vergadering op 17 april 1979 met uitsluitend dit project op de agenda wordt een dagelijks bestuur aangesteld en wordt er een zogenaamd groot comité opgericht. De Stichting Landjuweel Oirschot 1980 wordt opgericht. Inmiddels is een verzoek bij de Gemeente ingediend om een terrein ten noorden van de Korenaar met gras in te zaaien. Tijdens de plechtige Kerstviering van 1979 met gilde-eer wordt het Jubeljaar officieel geopend.
In december 1979 blijkt de zilverprijs 2,5 keer zo hoog te zijn als een maand of drie tevoren. In de aanloop naar het landjuweel zou deze echter weer tot een gebruikelijk niveau dalen. De totale kosten van het zilver bedroegen desondanks nog bijna NLG 26.000,--. Om over de benodigde financiële middelen te kunnen beschikken om een dergelijk gildefeest te bekostigen worden onder meer gouden en zilveren penningen uitgegeven. De eerste penning wordt tijdens het defilé op Koninginnedag op 30 april 1980 aan Koningin Beatrix aangeboden. De penningen hebben een diameter van 25 mm met aan de voorzijde onze parochiekerk en aan de keerzijde het gecombineerde wapenschild van de Oirschotse gilden, geflankeerd door twee kroontjes, die de troonswisseling in 1980 symboliseren. De verkoop hiervan viel echter wat tegen. Er werden 2.006 zilveren en 18 gouden penningen verkocht met een totale opbrengst van NLG 5.465,--. Om geld in het laatje te krijgen wordt een erecomité opgericht en om de uitstraling van het landjuweel te vergroten komt er een erepresidium, waarin kardinaal Willebrands, bisschop Bluyssen, pastoor Jilesen, premier van Agt, commissaris van de koningin van der Harten en burgemeester Sanders zitting nemen. Koningin Beatrix wordt beschermvrouwe van het landjuweel.
In januari 1980 worden 175 gilden uitgenodigd om deel te nemen. Een maand later hebben al 96 gilden voorlopig ingeschreven en op 22 maart 122. De definitieve inschrijvingstermijn wordt met een maand verlengd. Uiteindelijk zullen aan het landjuweel 117 gilden deelnemen. Er wordt een gedenkboek over de organiserende gilden uitgegeven en er komen vier rederijkersavonden. Het programma tijdens deze avonden bestaat globaal uit het voorlezen door locale en regionale auteurs en dichters uit eigen werk en het ten gehore brengen van streekmuziek en zang. De festiviteiten rond het landjuweel worden officieel geopend met volksdansen op de markt, een beiaardconcert en een demonstratie vogelschieten op een molenwiek van de Korenaar. Op 17 augustus is er in samenwerking met de Stichting Kerkconcerten een orgelconcert in onze kerk door de organist van Saint Paul’s Cathedral uit Londen. En op 23 augustus een Willem Ruisshow in de feesttent. Dit is een spelshow, die door de tv-persoonlijkheden Willem Ruis en Pierre van Ostaden gepresenteerd wordt. Aan de show was een prijzenpakket van NLG 15.000,-- verbonden, waaronder een reis naar de andere kant van de wereld. Deze show werd door 1.200 bezoekers bijgewoond en Willem Ruis nam zelf het grootste deel van het prijzenpakket mee terug naar Hilversum.
Op 24 augustus 1980 trekt een optocht met 117 gilden uit heel Noord-Brabant door de bomvolle straten van Oirschot. Op het feestterrein is een gesponsorde tribune gebouwd en er staat een 1500 m2 grote tent. Geschat wordt dat er tussen de 60.000 en 80.000 mensen op de been zijn. Je kon letterlijk over de koppen lopen, zoals men dat in Oirschot zegt. Alle toegangswegen zaten uren verstopt en de 10 ha. parkeerruimte bleek onvoldoende te zijn. Tijdens de massale opmars op het feestterrein dreigde er een bui de feestelijkheden te gaan verstoren. Deze trok echter voorbij en het feest kon onder redelijke weersomstandigheden afgesloten worden. Het was een fantastisch feest, dat het hoogtepunt van de vieringen in het Jubeljaar zou worden. Een fotoboek en goede herinneringen zijn daar tot op de dag van vandaag de stille getuigen van. De voorzitter van de Stichting Landjuweel had een vooruitziende blik toen hij voorspelde dat dit het laatste landjuweel van zo’n omvang zou zijn.
Op 14 januari 1983 worden de feestelijkheden rond het landjuweel officieel afgesloten met een laatste rederijkersavond in Gemeenschapshuis de Enck. Deze afsluiting heeft geleid tot de oprichting van het Rederijkersgilde van Sint Catharina op 25 november van dat jaar. De 38e en laatste vergadering van het dagelijks bestuur van de Stichting Landjuweel Oirschot 1980 wordt op 7 april 1983 gehouden en op 24 augustus 2005 kwam het dagelijks bestuur nogmaals bijeen, maar nu uitsluitend om het feit te vieren dat het landjuweel inmiddels al weer een kwart eeuw achter de rug was.